Schooltuin als bron van taalontwikkeling

Welke meerwaarde heeft moestuinieren voor jonge kinderen? Uit wetenschappelijk onderzoek van Jannette Prins (2024) blijkt dat kinderen in een groene tuin zoals een schooltuin goed is voor de taalontwikkeling. Friedrich Fröbel zag dit al in de vroege 19e eeuw. Hij noemde de eerste kleuterschool (1837) ‘Kindergarten’. Fröbel richtte de eerste Kindergarten op omdat hij vond dat kinderen vooral veel moesten spelen in de tuin, opdat ze daar zouden groeien als kool.

Taalontwikkeling in een groene omgeving

Jannette Prins promoveerde vorig jaar in november 2024 op de VU van Amsterdam op de invloed van een natuurrijke speel- en leeromgeving op de taalontwikkeling van jonge kinderen. Ze vergeleek deze bij spelende kinderen op grijze speelpleinen met spelende kinderen op groene speelpleinen, waarvan een deel met een moestuin. Haar proefschrift is getiteld ‘Nature as Co-teacher’ en digitaal te vinden.

In de moestuin leren kinderen spelenderwijs over groei en bloei terwijl ze de verandering van de groene omgeving dagelijks waarnemen. Ze leren verantwoordelijkheid en zorgdragen als ze vanaf het begin meehelpen bij het verzorgen van de groentetuin.

Onderzoeksmethode & resultaat

Jannette Prins liet kinderen van 2 tot 7 jaar spelen op een grijs en een groen schoolplein, terwijl ze een voicerecorder droegen. Ze analyseerde de taaluitingen van de kinderen en de verschillen op het grijze en het groene schoolplein. Opmerkelijk was dat kleuters meer zinnen maakten en peuters meer woorden zeiden op het groene schoolplein. De kinderen op een groen schoolplein gebruikten 30% meer woorden, waarbij veel meer nieuwe woorden.

Kleine kinderen kunnen alleen vertellen over hun directe omgeving, over wat ze op dat moment zien. Ze geven woorden aan die omgeving en met die woorden maken ze de kennis beschikbaar voor hun denken. Natuur is een rijke omgeving waarin van alles te zien en te beleven is. Een natuurlijke omgeving nodigt uit tot actie en tot communicatie. Natuur is steeds weer anders, zeker in een moestuin waar in het voorjaar en de zomer alle gewassen hard groeien.

In een groene omgeving praten kinderen dus meer over hun omgeving. Ze pakken dingen op om te bekijken en te voelen. Natuur prikkelt tot het benoemen van wat ze zien en zorgt daarmee voor een groeiende vocabulaire. Daarnaast stellen kinderen meer vragen, waardoor ze meer leren. Een groene omgeving is daarmee van belang voor onderzoekend leren. Kinderen verkennen hun omgeving, betrekken deze in hun spel, geven nieuwe betekenissen aan die omgeving en gebruiken daar nieuwe taal voor.

Kinderen leren eerst concreet, met hun lijf, (bijvoorbeeld door te verzamelen) en daarna abstract, met hun hoofd, (bijvoorbeeld door te benoemen, te tellen en te wegen).

Een boost voor taalvaardigheden van jonge kinderen

Kinderen voelen zich aangesproken door natuur, betrekken de natuur in hun spel, leren zo razend veel van de wereld en geven hier woorden aan. Natuur geeft een boost aan hun taal- en denkontwikkeling. Dit inzicht is belangrijk in de wereld van nu, waar blijkt dat taalvaardigheden van kinderen achteruitgaan. De leerkracht is onvervangbaar, maar de natuur blijkt een goede co-teacher bij het aanleren van taal. Daarom is het belangrijk om ook de jongere kinderen te betrekken bij de schooltuin en te laten meehelpen. Niet alleen omdat ze het heel leuk vinden, maar juist omdat dit een plek is waar de taalontwikkeling een boost krijgt.

De schooltuin is een basisvoorziening voor volwaardig basisonderwijs voor alle groepen.