Klussen en werkzaamheden
Ga je aan de slag in de schooltuin? De dagelijkse praktijk van zaaien, bodemzorg, klussen en oogsten biedt voor iedereen die meehelpt genoeg te doen! Ontdek hoe moestuinexperts de verschillende klussen in de tuin aanpakken.
Ga je aan de slag in de schooltuin? De dagelijkse praktijk van zaaien, bodemzorg, klussen en oogsten biedt voor iedereen die meehelpt genoeg te doen! Ontdek hoe moestuinexperts de verschillende klussen in de tuin aanpakken.
Zaaien doe je in stappen, waarbij je opbouwt naar een gestructureerde schoolmoestuin, die je makkelijk kunt onderhouden en waar de gewassen goed herkenbaar terugkomen. Op de zaaikalender in het handboek kun je zien welke gewassen je in welke maanden kunt zaaien.
Wist je dat de oorspronkelijke wortels helemaal niet oranje waren? En dat witlof en spruitjes in de loop der jaren minder bitter zijn geworden? Zaad wordt gekweekt en geproduceerd door zaadbedrijven. Ze ontwikkelen steeds betere rassen, om aan te sluiten bij wat gevraagd wordt door telers of hun klanten. Dit proces heet veredeling.
Naast het zaaiklaar maken en zaaien, zijn er veel andere klussen bij het tuinieren. Denk aan wieden, schoffelen of hakken en water geven. Laat de kinderen zoveel mogelijk zelf doen en zorg voor betrokkenheid van de schooltuinwerkgroep in de begeleiding. Bedenk vooraf hoe een en ander wordt geregeld tijdens schoolvakanties of als de kinderen om andere redenen niet kunnen tuinieren.
Door middel van bodemzorg houd je de bodem gezond zonder de bodem veel te verstoren. Zo voorkom je verdroging en uitputting en geef je bodemorganismen de ruimte. Om de bodem gezond te houden kun je er beter zo min mogelijk op lopen; een duidelijk onderscheid tussen de bedden en de looppaden is belangrijk om de kinderen hieraan te helpen denken.
Sommige peul- en fruitgewassen maken lange uitlopers waar de groenten en het fruit aan groeien. Met plantensteunen zorg je dat deze een bepaalde richting op groeien en je de groenten en het fruit gemakkelijk kunt plukken. Maak er een leuke activiteit van om samen met de klas plantensteunen te bouwen!
Het woord compost is afgeleid van het Latijnse woord ‘compositum’, dat samenstelling betekent. Op een composthoop worden dode plantenresten door bodemdiertjes zoals regenwormen, pissebedden en miljoenpoten opgegeten en verteerd. Ze worden door bacteriën en schimmels geholpen om het materiaal verder af te breken tot compost, een product vol belangrijke voedingsstoffen voor planten. Voor de schooltuin raden we als bemesting compost aan. Het is een evenwichtige meststof met veel voeding voor planten (stikstof, fosfor, kalium, kalk enz.). Het bulkt van de bacteriën en schimmels die samenwerken met wortels van planten en die voorzien van voeding en water, in ruil voor suikers en eiwitten.
Na het zaaien en verzorgen komt de tijd van oogsten. Bij de ene plant, zoals pluksla, is dat al vanaf 6 weken na het ontkiemen mogelijk. Andere planten, zoals pompoenen, vragen meer geduld. Op een zaadzakje of in een moestuinboek vind je de oogsttijd per gewas.
In de praktijk kan deze afwijken, omdat de klimatologische omstandigheden in het groeiseizoen, zoals een lang koud voorjaar of een droge zomer, de oogstrijpheid van groenten vertragen of versnellen. Zorg bij het maken van de werkplanning voor enige flexibiliteit rondom de oogsttijd. Het oogsten van groenten is reden voor een feestje! Na al dat harde werken kunnen de leerlingen het resultaat eindelijk proeven. Vind je het leuk om het hele seizoen te volgen op film? Bekijk dan gratis de schooltuinfilm.
Meer lezen over alle klussen en werkzaamheden in de schooltuin? Download dan het hoofdstuk ‘Aan de slag’ van het Handboek Schooltuinieren!